zaterdag 26 september 2009

Om niet te vergeten... een gedenkteken voor piloot Jean-Hilaire Thesin

Het nieuwe gedenkteken in Perk
Perk, dinsdag 22 september 2009.  Exact 75 jaar geleden, op 22 september 1934, kwamen de militaire piloten Jean-Hilaire Thesin en Guy Paquay om het leven toen hun vliegtuig (een fonkelnieuwe Fairey Fox III O-57) in brand vloog en neerstortte te Perk in de gemeente Steenokkerzeel. Een gedenkteken dat jarenlang op de plaats van het ongeluk stond verdween in de jaren '80 van vorige eeuw.

Ter herinnering aan het tragische ongeval werd op maandag 21 september een nieuwe gedenksteen ingehuldigd, in aanwezigheid van enkele familieleden van beide piloten, het gemeentebestuur van Steenokkerzeel, officieren van de Belgische Luchtmacht, de plaatselijke heemkundige kring en enkele omwonenden. Dit alles op initiatief van de heer Hubert Verstraeten. Ikzelf was aanwezig als enige ver familielid van piloot Thesin (een verwantschap langs de zijde van mijn grootmoeder, Adeline Thesin).


Inhuldiging van het gedenkteken in Perk
Ter plaatse waren foto's opgesteld van beide piloten en een onderdeel van het neergestorte vliegtuig (vermoedelijk een stuurhendel), dat nog steeds in het bezit is van de familie Paquay. 
Bijzonder interessant ook was een gesprek met de 97-jarige Willem Hollanders. Hij was toen als technisch tekenaar tewerkgesteld bij de Etablissement de l'Aéronautique te Evere. Hij heeft beide piloten persoonlijk gekend en herinnerde zich het tragische ongeval nog zeer goed. Hij vertelde mij dat hij de piloten zag opstijgen en nooit meer terugkeren. Het was ook het eerste ernstige vliegtuigongeval dat hij zelf meemaakte.


Op de foto met de 97-jarige Willem Hollanders
De nieuwe gedenksteen staat langs een landweg, in de schaduw van een oude boom, op nauwelijks enkele honderden meters van de plaats waar oorspronkelijk het verdwenen stenen kruis stond. Een mooie en rustige plek. Op de achtergrond is de historische Laathoeve te zien, vanwaar destijds ook de eerste mensen tevergeefs probeerden hulp te bieden.
Meer info over deze gebeurtenis en over piloot Paquay kan je terugvinden op de website van Hangarflying.
Belgische piloten tijdens het interbellum. Uiterst rechts Jean-Hilaire Thesin.
Info:
Jean-Hilaire Thesin
Geboren: Erembodegem, 9/11/1904
Overleden: Perk, 22/09/1934
Moeder: Maria Raes
Vader: Jan Marinus Thesin
Guillaume Joseph Servais Paquay
Geboren: Lutremange, 11/12/1898
Overleden: Perk, 22/09/1934
Moeder: Marie Virginie Leonard
Vader: Urbain Joseph Paquay
Echtgenote: Caroline Poels

zondag 28 juni 2009

Piloot Jean-Hilaire Thesin

Hilaire Thesin in een Fairey Fox toestel
Op zaterdag 22 september 1934 vertrok een fonkelnieuw Fairey Fox vliegtuig van het Belgisch leger vanop de militaire luchtmachtbasis van Evere. Aan boord twee testpiloten: adjudant Guillaume Paquay en adjudant Jean-Hilaire Thesin

Rond 10u die ochtend sloeg het noodlot toe en ontplofte het vliegtuig op 600 meter hoogte boven Perk (gemeente Steenokkerzeel). Piloot Paquay kwam om in het vliegtuig. Jean-Hilaire Thesin probeerde zich nog tevergeefs te redden, maar zijn valscherm ging niet meer open en hij stortte te pletter. Het bericht van het gruwelijke ongeval was de dag erop te lezen in zowat alle nationale kranten. Piloot Jean-Hilaire Thesin was 29 jaar oud en de zoon van Jan Marinus Thesin en Maria Raes. Het gezin woonde in Erembodegem en telde in totaal 7 kinderen. Op 10 maart 1927 verwierf Thesin het militaire vliegbrevet. Hij maakte op het vliegveld van Schaffen deel uit van het 2de Smaldeel van de 1ste Groep van het 2de Luchtvaart regiment. Vervolgens werd hij overgeplaatst naar de Etablissement d’Aéronautique te Evere en werd er testpiloot.

krantenknipsels in een fotoalbum van Frans Van Volxem
In een fotoalbum van mijn overgrootvader, Frans Van Volxem, vond ik enkele ingekleefde krantenknipsels van het ongeval en de begrafenis terug. Op één ervan is de foto van het vliegtuigwrak te zien. Een kleine getuigenis van hoe dit dramatisch ongeval de familie destijds zeker niet onberoerd heeft gelaten. De familie Thesin bracht die 22ste oktober 1934 immers andermaal een zwaar offer. Op 25 oktober 1914 sneuvelde de oudste zoon van het gezin, Jozef Desideratus Thesin, aan het IJzerfront, tijdens de eerste slag om de IJzer.

Herdenkingskruis in Perk
Piloot Jean-Hilaire Thesin werd met militaire eer en onder massale belangstelling begraven in Erembodegem. Zijn graf is er nog steeds. Op de plaats van het ongeval in Perk heeft er heel lang een herdenkingskruis gestaan met de namen van beide vliegeniers, mogelijk gemaakt door de vader van piloot Paquay die steenhouwer was. In de jaren '80 of '90 is het kruis echter verdwenen, vermoedelijk weggenomen of weggeploegd door een landbouwer. Dankzij speurwerk van luchtvaartspecialist Hubert Verstraeten is er wel een foto teruggevonden bij familie van piloot Paquay waarop een houten (?) herdenkingskruis is te zien met kransen en twee biddende kinderen.

begrafenisstoet in Erembodegem

In Erembodegem doen veel verhalen de ronde over Jean-Hilaire Thesin. Hij reed met een motor en zou een waaghals geweest zijn. Af en toe vloog hij ook laag over Erembodegem. Veel inwoners herinnerden zich dat nog. Van zijn begrafenis en de rouwstoet doorheen Erembodegem zijn een reeks foto's bewaard gebleven die getuigen van de indrukwekkende plechtigheid die het moet geweest zijn en de massa volk die op de been was.

De volledige fotoreeks van de begrafenis in Erembodegem kan je terugvinden in dit fotoalbum. Binnenkort wordt er op de plaats van de vliegtuigcrash in Perk een nieuw gedenkteken ingehuldigd.


Piloot Jean-Hilaire Thesin, uiterst rechts


zondag 15 februari 2009

Klasfoto uit 1912 met Gaston Van Holder


Onkerzele 1912. Een klasfoto met op de achterste rij mijn overgrootvader Gaston Van Holder (derde persoon van links). Een van de leerlingen heeft een bordje vast met daarop in krijt geschreven: "Visitatie Adultenschool Tweede Klas 1912". Verschillende van de leerlingen hebben ook een medaillon opgespeld, sommigen hebben een zakhorloge, één heeft zelfs een sigaret in zijn hand.
Info:
Gaston Van Holder

Geboren: 3/02/1901
Overleden: 18/12/1988
Echtgenote: Angele Cromphout
Moeder: Marie Anna De Mol
Vader: Ferdinand Van Holder

vrijdag 6 februari 2009

Over mijn grootvader Frans Van den Hove en Belgische tanks

Iedere foto is een bron van informatie. Soms is die informatie verscholen in kleine details. Tussen oude foto's van mijn grootmoeder Adeline Thesine vond ik twee foto's met Belgische soldaten. Op de foto's staat ook mijn grootvader, Frans Van den Hove. Over deze foto's gaan verschillende verhalen rond in de familie. Ze zouden genomen zijn tijdens zijn legerdienst of tijdens de mobilisatie aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog of sterker nog  tijdens de 18-daagse veldtocht van het Belgische leger. Een ander verhaal dat ik vaak hoorde is dat mijn grootvader bij een tankeenheid dienst deed als mechaniekerDe eerste foto toont Frans Van den Hove met enkele andere soldaten, schijnbaar aan het eten ergens in de duinen. Op hun helm dragen ze een witte band. Een teken van overgave? Neen. Drie van de vier soldaten op de voorgrond zijn serganten, te zien aan hun rangonderscheiding die is weergegeven op de mouw. Deze rangonderscheiding werd echter niet meer gebruikt in het Belgisch leger na 1935. De foto kan dus niet van tijdens de mobilisatie of de oorlog dateren. De witte band op de helm werd gebruikt om 'vriend' van 'vijand' te onderscheiden tijdens oefeningen. Wellicht is de foto gemaakt in het kamp van Beverlo.

De tweede foto toont Frans Van den Hove (uiterst rechts) met zwarte baret poserend tegen een voertuig. Het voertuig is een Chenard & Walker camion, die diende om tanks van het Régiment de Chars de Combat te transporteren. Dit regiment werd opgedoekt in 1935! Ook deze foto kan dus niet van later dateren. Interessant is dat je op de foto uiterst links nog net de aanzet van een tankwiel kan zien van een tank die op een aanhangwagen staat. Het betreft een Belgische FT 18 tank! En kijk ook eens naar onderstaande foto voor een volledig beeld van dezelfde camion mét aanhangwagen én een dergelijke FT 18 tank. Deze tanks van Franse makelij zijn van een type dat eigenlijk hopeloos verouderd was in mei 1940 en geen partij voor het uiterst moderne Duitse pantserleger. Beide foto's met mijn grootvader Frans Van den Hove dateren dus niet uit de oorlog en ook niet uit de mobilisatieperiode, maar zijn wellicht genomen tijdens zijn legerdienst.




Info:
Frans (Marie Joseph) Van den Hove
Geboren: Zandbergen, 1 september 1913
Overleden: Ninove, 14 november 1973
Echtgenote: Adeline Thesin
Moeder: Marie Elisa Vanden Bossche
Vader: Théophiel Van den Hove

Ferdinand Van Holder en Marie-Anna De Mol op bezoek in Laken

Een foto met daarop Ferdinand Van Holder en Marie-Anna De Mol, de ouders van mijn overgrootvader Gaston Van Holder. Bemerk de neogotische spits op de achtergrond: dat is de punt van het 'Monument van de Dynastie' tegenover de ingang van het Koninklijk Paleis in Laken. Deze foto is dus genomen in het park van Laken. De derde persoon op de foto is onbekend, maar wellicht een vriend die in Laken woonde.
De foto is blijkbaar hergebruikt om een portretfoto uit te vergroten van Ferdinand. Dat verklaart de witte verflijn rond zijn hoofd en het feit dat de twee andere gezichten met potlood doorkrast zijn. De foto moet gemaakt zijn vóór de Tweede Wereldoorlog. Ferdinand Van Holder stierf immers in 1944 en Maria Anna De Mol in 1942.




Info:
Ferdinand Van Holder
Geboren: Onkerzele, 17 april 1862
Overleden: Onkerzele, 22 november 1944
Moeder: Anne Marie Schaillee
Vader: Petrus Carolus Van Holder
Marie-Anna De Mol
Geboren: Onkerzele, 3 oktober 1865
Overleden: Onkerzele, 11 februari 1942
Moeder: Dominica Schaillee
Vader: Carolus Ludovicus De Mol

Cyriël De Geyter, een opgeëiste arbeider uit Deftinge (Gemeldorp)

Graf van Alfons Fauconnier met de vermelding
opgeëiste 1914-18
Op een aantal bidprentjes en grafzerken van familieleden is de vermelding 'opgeëist in 14-18' of 'opgeëiste 14-18' terug te vinden. De betekenis hiervan wordt wel eens verward met oud-strijder, wat zeker niet het geval is! De vermelding opgeëiste is een laatste en schaarse getuigenis van de Duitse terreur tegen de Belgische burgerbevolking tijdens Wereldoorlog I.

Na de terugtrekking van het Belgische leger achter de IJzer werd het bezette gedeelte van België door de Duitsers verdeeld in drie zones. Een eerste (kleine) zone was het Operationsgebiet of de frontzone, waar de krijgswet van toepassing was. Daarnaast had je het Etappen-gebiet, een eveneens militaire zone met depots en verbindingen. Dit tweede gebied besloeg naast Oost- en West-Vlaanderen de zuidelijke delen van de provincies Henegouwen en Luxemburg. De rest van ons land vormde het Generalgouvernement Brussel. 

Mijn familie, die in Zuid-Oost Vlaanderen woonde, bevond zich tijdens de Eerste Wereldoorlog dus in het Etappen-gebiet. Wie als jongeman in dit gebied werd gearresteerd belande niet in Duitsland, maar werd gedeporteerd naar het front! Daar werden men ingedeeld bij Zivilarbeiter-Bataillonen en ingezet langs de frontlijn van Verdun tot aan de Belgische kust. Deze gedeporteerden moesten spoorwegrails en loopgraven aanleggen, bunkers bouwen en prikkeldraad spannen.

verklaring geschreven door de burgemeester van Deftinge

Dit lot stond ook Cyriël De Geyter te wachten (broer van August De Geyter). Bij opzoekingswerk in het archief van het Koninklijk Legermuseum in Brussel vond ik een document hierover: een verklaring van de toenmalige Burgemeester van Deftinge, in het Frans opgesteld, waarin hij bevestigde dat Cyrille De Geyter in 1916 als spoorwegarbeider werd gevangen genomen omdat hij weigerde voor de Duitsers te werken. Zonder enige twijfel is hij vervolgens als Zivilarbeiter aan het Frans-Duitse front terechtgekomen, want in dezelfde verklaring staat dat hij in mei 1918 naar Frankrijk probeerde te vluchten, maar opnieuw werd gevangengenomen. De tekst sluit af met: "Il est retourné très faible et en un estat déplorable en Novembre 1918".

Cyriël De Geyter in gevangenschap in 1916
Via een ver familielid (Tony De Geyter) ontving ik twee - ongetwijfeld zeldzame en unieke - foto's van Cyriël De Geyter uit deze periode. De eerste foto is gemaakt in 1916 en toon Cyriël (rechtopstaand uiterst rechts) in een krijgsgevangenenkamp. Op de achterzijde de vermelding: "opgeëist op 21 10 1916 en terug op 24 10 1918". Er staat ook een woord geschreven dat op een plaatsnaam lijkt maar nauwelijks leesbaar is.

Cyriël De Geyter (zittend rechts) samen met 5 andere Belgen uit Gemeldorp (Deftinge) in 1918
De tweede foto is waarschijnlijk gemaakt kort na zijn bevrijding of thuiskomst en spreekt voor zich. Op de foto zit Cyriël De Geyter uiterst rechts (let op zijn hoed: zelfde als op de foto uit 1916!). Alle personen op de foto dragen hun zondagspak, hebben een witte bloem opgespeld en aan hun voeten staat een bord met daarop geschreven: "Leve De Belgen Van Gemeldorp". Cyriël is duidelijk een stuk magerder en hij ziet er getekend uit. Het doet denken aan de woorden die in de brief van de Burgemeester van Deftinge stonden: retourne très faible et en un estat déplorable.

Cyriêl De Geyter in 1916 en in 1918
De werkomstandigheden in de Zivilarbeiter-Bataillonen waren zeer erbarmelijk. Velen werden ziek en sommigen kwamen nooit terug. Na de oorlog kwamen deze deportaties nauwelijks nog onder de aandacht. Ook in de naoorlogse geschiedschrijving genoot dit onderwerp weinig belangstelling, hoewel het toch een duidelijke voorbode was van wat zich in het latere nazi-Duitsland afspeelde. 



Info
Cyriël De Geyter
Geboren: Deftinge, 5/10/1897
Overleden: Moerbeke, 8/01/1948
Weduwnaar van: Anna De Taye
Echtgenote: Georgina De Bruyne
Moeder: Clemmence Van Brakel
Vader: Petrus De Geyter


[De randinformatie over dit onderwerp komt uit: ZUCKERMAN L., De verkrachting van België. Het verzwegen verhaal over de eerste wereldoorlog, Antwerpen, 2004]


Lucien Van den Hove en Belgisch Congo

Lucien Van den Hove was een broer van mijn grootvader Frans Van den Hove. Hij was Kandidaat-Administrateur in Belgisch Congo en overleed in 1942 in Léopoldville (ten gevolge van malaria?). Hij werd daar ook begraven. Meerdere familieleden herinneren zich een foto van zijn graf, gemaakt in de jaren '60 van vorige eeuw, maar die foto vond ik helaas nog niet terug. Lucien begon in 1927 te werken in Belgisch Congo als agent territorial adjoint aan een wedde van 22.500 francs. In 1939 werd hij agent territorial principal, met een wedde van 50.000 francs.

Lucien Van den Hove schreef in 1935 in Beni Bendi, tijdens een van zijn lange tochten doorheen zijn toezichtsgebied, een boek dat in 1940 door Imprimerie Le Courrier d'Afrique Léopoldville werd uitgegeven met als titel: Les Gongs en Folie ou L'Odyssée de Yaki Chef de Guerre Congolais. Ik vond een exemplaar van zijn boek terug bij mijn nonkel, Dirk Van den Hove. De lino's in het boek zijn van de hand van Adrien Vanden Bossche, mogelijk familie want zijn moeder is immers een Vanden Bossche. Het boek lijkt een vrij zeldzame uitgave te zijn en kwam er ook niet zonder slag of stoot. In zijn personeelsdossier, oorspronkelijk bewaard in het Afrika-archief van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken en nu in het Rijksarchief, is een ganse briefwisseling terug te vinden waaruit blijkt dat zijn oversten niet waren 
opgezet met zijn boek. Het was aanvankelijk blijkbaar 'not done' om dat soort werken uit te brengen. Maar door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog komt er in Léopoldville een eigen uitgeverij tot stand die dit soort litteraire werken wel in circulatie bracht. Uit een aantal rapporten in zijn dossier kan ook opgemaakt worden dat Lucien het aanvankelijk vaak aan de stok had met zijn oversten en zich zelfs een aantal maal een intern onderzoek op de hals haalde (onder meer vanwege een te hard optreden tegen de plaatselijke bevolking). In een later fase van zijn carrière verbeteren zijn evaluaties aanzienlijk en schreven zijn oversten enkel nog positieve rapporten over hem.

Op de foto van zijn bidprentje zien we Lucien Van den Hove in uniform. Hij draagt twee onderscheidingen: de linker medaille is waarschijnlijk een medaille van de Orde van de Leeuw, de rechter medaille is de Dienstster met één balkje (wat op minstens drie jaar dienst in de Congo wijst). Het kruis van Ridder in de Léopoldsorde, vermeld op zijn bidprentje, draagt hij niet en is mogelijk postuum uitgereikt.


Info:
Lucien (Joseph Théophile Charles)
Van den Hove
Geboren: Zandbergen, 12/02/1906
Overleden: Leopoldstad, 7/04/1942
Echtgenote: Juliette Marie Thérese Van Damme
Vader: Théophiel Van den Hove
Moeder: Marie Elise Vanden Bossche

Foto van een over-overgrootvader: Cyriel Becké

Dankzij het uitgebreide foto archief van Gonda François kon ik een unieke foto terugvinden van een stamvader in rechte lijn: Cyriel Becké, echtgenoot van Marie Angèle Van Trimpont. Cyriel Becké is een grootvader van mijn grootvader Cyriel De Geyter (langs zijn moeders zijde) en is dus een over-overgrootvader van mezelf.


Foto met Cyriel Becké (vooraan zittend). Uiterst rechts staan August De Geyter en Hélène Becké (de ouders van mijn grootvader Cyriel De Geyter).
Info:
Cyriel Becké
Geboren: Schendelbeke, 15/09/1868
Overleden: Deftinge, 6/01/1928
Echtgenote: Marie Van Trimpont